Literatuur

- Oosterhoff, J. & B.H. Coelman & W.A. de Wagt, Bruggen in Nederland 1800-1940. Deel III: beweegbare bruggen. Redactie: J. Oosterhoff. Uitgegeven vanwege de Nederlandse Bruggenstichting. Utrecht (Matrijs), 1999_cop. [414 blz. ISBN 90.5345.104.8] Hierin "Utrecht, Industriehavenbrug (verkeersbrug)": blz. 57 ("Een vreemde eens in de bijt onder de verkeersbruggen is de onlangs gerestaureerde Industriehavenbrug te Utrecht uit 1920, over de inagng van de Industriehaven aan de oostzijde van het Amsterdam-Rijnkanaal. De brug heeft een doorvaartwijdte van 14 m bij een wegdak van 8 m en is dus niet overmatig groot. Nietemin koos man in Utrecht voor toepassing van het systeem van ir. H. van Heyst dat eigenlijk bedoeld was voor spoorwegophaalbruggen. Bij de Industriehavenbrug wordt de lalans bij het sluiten aan de achterzijde opgezet waardoor de hangstangen aan de voorzijde worden ontlast. Opmerkelijk is de zware hameiconstructie" - dit is de relevante tekst volledig, zonder de 2 voetnoten)

- "Drie bruggen horen op lijst monumenten". In: Utrechts Nieuwsblad, 16-11-1995, blz. 13 (betreft "Werkspoorbrug", "Industriehavenbrug" en "Jeremiebrug")

- "Brug Keulse Kade voorlopig dicht". In: Utrechts Nieuwsblad, 30-04-2004, blz. 11